Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

Afpakken van crimineel vermogen

Het ten laste leggen van witwassen (art. 420bis Sr) in combinatie met een verbeurdverklaring is populair. Maar welke gevolgen heeft een verbeurdverklaring voor een ontnemingsmaatregel? In deze zaak zijn de verbeurdverklaarde voorwerpen door de rechtbank meegenomen in de berekening en vervolgens verrekend. Door een verbeurdverklaring wijzigt de hoogte van het wederrechtelijk verkregen voordeel overigens niet. Als gevolg van een verbeurdverklaring kan de betalingsverplichting worden verminderd. Een deel van het wederrechtelijk verkregen voordeel wordt in dat geval immers door middel van de verbeurdverklaring ontnomen.

Een eenvoudig voorbeeld: Stel dat het wederrechtelijk verkregen voordeel € 10.000,- is en het verbeurdverklaarde voorwerp een waarde heeft van € 2.000,-. Dan blijft het wederrechtelijk verkregen voordeel € 10.000,- en wordt de betalingsverplichting € 8.000,- als de verbeurdverklaring onherroepelijk is. De onherroepelijkheid is daarbij een belangrijk punt. Van verrekening van verbeurdverklaarde voorwerpen kan namelijk alleen sprake zijn indien de verbeurdverklaring onherroepelijk is. Het is onwenselijk dat rekening wordt gehouden met een verbeurdverklaring die later in hoger beroep geen stand houdt. Als die verbeurdverklaring namelijk in hoger beroep niet wordt opgelegd, dan bestaat de kans dat een deel van het wederrechtelijk verkregen voordeel van de betrokkene niet wordt ontnomen en misdaad dus toch kan lonen. Als de verbeurdverklaring niet onherroepelijk is, dan dient de ontnemingsrechter geen rekening te houden met de verbeurdverklaring en kan de veroordeelde – als de verbeurdverklaring later onherroepelijk wordt - om vermindering of kwijtschelding van de betalingsverplichting verzoeken (ex artikel 6:6:26 Sv, voorheen 577b Sv).

Alleen voorwerpen die zijn verbeurd verklaard, omdat ze zijn verkregen door middel van of uit de baten van het strafbare feit (als bedoeld in art. 33a lid 1 onder a Sr) kunnen voor verrekening in de ontnemingsprocedure in aanmerking komen. Uiteraard gaat het hierbij om voorwerpen, die onderdeel uitmaken van de voordeelsberekening, zoals door de rechter vastgesteld. Niet alle vormen van verbeurdverklaring komen dus in aanmerking voor verrekening. Een algemeen argument tegen verrekening is dat een strafrechtelijke sanctie niet via een ontnemingsmaatregel gecompenseerd zou moeten worden, omdat het strafelement dan vervalt. Verbeurdverklaring strekt er immers toe de veroordeelde in zijn vermogen te treffen. Het is leedtoevoeging. Dit is een wezenlijk verschil met de ontnemingsmaatregel, die ziet op herstel van de rechtmatige toestand, doordat aan de veroordeelde wordt ontnomen wat hem rechtens niet toekomt. Aan de andere kant zijn er genoeg redenen te bedenken om wel te verrekenen, bijvoorbeeld omdat zowel ontnemen als verbeurdverklaren het afpakken van illegale winst beogen en omdat verrekening past binnen de bedoeling van de wetgever. De bedoeling van de wetgever wordt aangehaald in ECLI:NL:HR:2016:874. In deze zaak werd in cassatie geklaagd dat het hof de investeringskosten voor een hennepplantage niet in mindering had gebracht op het ontnemingsbedrag. Met de in de Wet verruiming mogelijkheden voordeelsontneming van 2011 voorgestelde verruiming van de bijkomende straf van verbeurdverklaring, is  uitvoering gegeven aan het gezichtspunt dat ook langs andere wegen dan door middel van de formele ontnemingsmaatregel kan worden bereikt dat aan de veroordeelde crimineel vermogen wordt ontnomen. Zo kunnen sinds de verruiming ook voorwerpen die met de opbrengsten van het strafbare feit zijn aangeschaft worden verbeurd verklaard (het vervolgprofijt). Het in mindering brengen van de waarde van het onherroepelijk verbeurd verklaarde voorwerp past dan bij het reparatoire karakter van de ontneming (herstel van de situatie).

De Hoge Raad oordeelde in het hierboven aangehaalde arrest van 2016 dan ook dat uit de wetsgeschiedenis volgt dat ook door verbeurdverklaring van voorwerpen, die kunnen worden aangemerkt als opbrengst van een strafbaar feit, kan worden bereikt dat wederrechtelijk voordeel wordt ontnomen. Daarom was het oordeel van het hof, dat het verbeurdverklaarde geldbedrag niet in mindering moest worden gebracht op de betalingsverplichting, onjuist.

Kortom: voor een verrekening moet er sprake zijn van voorwerpen die aan de veroordeelde toebehoren of die hij geheel of ten dele ten eigen bate kan aanwenden en die geheel of grotendeels door middel van het strafbare feit zijn verkregen, zoals neergelegd in sub a van art. 33a Sr.

Voor meer informatie over afpakken ga je naar het Digitaal Platform Afpakken. Hoe log je in? Medewerkers van het OM en de FIOD kunnen een wachtwoord aanmaken via 'Wachtwoord vergeten?'. Vul je e-mailadres in en je krijgt een link terug om je wachtwoord in te stellen. Als je ingelogd bent kun je via het dropdown menu verschillende pagina’s met handige uitleg selecteren. Voor collega’s van de andere opsporingsdiensten en medewerkers die na 1 februari 2020 in dienst komen is er een formulier om een account aan te vragen via de link. (Let op: dit geldt dus ook voor de politie).

Deel deze pagina