Witwassen met aankoop vakantieparken

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 1 december 2022: ECLI:NL:GHARL:2022:10302

In deze zaak gaat het om een vastgoedondernemer die wordt verdacht van valsheid in geschrift en witwassen bij de aankoop van vier vakantieparken. Verdachte zou valse bankverklaringen hebben gebruikt om een lening van 4,5 miljoen euro te krijgen voor de aankoop van vakantieparken.

In werkelijkheid kostten de parken slechts 3,2 miljoen euro. Om de werkelijke koopsom te verhullen gebruikte verdachte vervalste bankbrieven. Met de lening kocht verdachte de vakantieparken. Het geld sluisde hij door naar andere vennootschappen. Het hof komt net als de rechtbank tot een veroordeling wegens witwassen. Echter legt het hof een hogere gevangenisstraf op. In plaats van 8 maanden gevangenisstraf legt het gerechtshof een gevangenisstraf voor de duur van 13 maanden op.

De valsheid in geschrift is hier aangemerkt als gronddelict voor witwassen. Bij het aanmerken van valsheid in geschrift als gronddelict voor witwassen is oplettendheid geboden. Om te komen tot witwassen moet de valsheid namelijk voorafgaan aan de witwashandeling. En de valsheid mag niet slechts een middel zijn om de herkomst te verhullen. Immers, voorwerpen met behulp waarvan een misdrijf is begaan, zijn niet reeds daardoor afkomstig uit enig misdrijf (Hoge Raad 21 april 2020, ECLI:NL:HR:2020:572) Omdat de verdachte hier het geld afkomstig uit de valsheid heeft gebruikt ter financiering van de vakantieparken en vervolgens de vakantieparken heeft overgedragen aan dochtervennootschappen is er sprake van witwassen. De valsheid gaat hier vooraf aan de witwashandelingen. En de vakantieparken waren nooit verkregen zonder gebruik te maken van valsheid in geschrift. Lees hier meer over valsheid in geschrift als gronddelict voor witwassen.