Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

Verschil WOZ-waarde en aankoopsom

College van Beroep voor het bedrijfsleven, 27 juli 2021: ECLI:NL:CBB:2021:793

In deze zaak heeft BFT een bestuurlijke boete opgelegd aan een notaris wegens overtreding van de Wwft. In hoger beroep stond de vraag centraal of de notaris een verhoogd risico op witwassen had moeten onderkennen.

De koopsom van het pand was lager dan WOZ-waarde, voor de aankoop van het pand was een hypothecaire geldlening verstrekt door een niet-financiële instelling, voor de lening was een hoog rentepercentage van 10% afgesproken en in de hypotheekakte was een bijzondere winstverdelingsregeling afgesproken. Het College oordeelde over het verschil tussen de aankoopsom en de WOZ-waarde dat de notaris hierin geen hoger risico op witwassen hoefde te onderkennen, omdat de notaris van meet af aan heeft aangevoerd dat de haven waar het pand zich bevond was verloederd, dat het pand een bedrijfswoning was die bestemd was voor de beheerder van die haven, dat het pand een matige en gedateerde staat van onderhoud had en dat de haven de belangstelling had van criminelen waardoor er een inval was geweest van de politie, terwijl de WOZ-waarde van het pand was vastgesteld vóór die inval. In de overige factoren had de notaris volgens het College wél een verhoogd witwasrisico moeten onderkennen.

De enkele omstandigheid dat de aankoopsom lager is dan de WOZ-waarde leidt niet per definitie tot een verhoogd witwasrisico. Deze zaak illustreert dat de omstandigheden van het specifieke geval zeer bepalend zijn bij het inschatten van een witwasrisico. De Specifieke leidraad naleving Wwft voor notarissen biedt hierbij ondersteuning.

Op deze pagina