Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

Bitcoins van dark markets

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 3 juli 2020, ECLI:NL:GHARL:2020:5393

In deze zaak gaat het o.a. om het omzetten van bitcoins ter waarde van ruim € 5 miljoen en het voorhanden hebben van bitcoins ter waarde van ruim € 1.500,-. Verdachte wordt veroordeeld voor het witwassen van € 5 miljoen afkomstig uit drugshandel waarbij betaald werd in bitcoins. De bitcoins werden verhuld door gebruik te maken van een bitcoinmixer en de bitcoins om te zetten in giraal en chartaal geld. Ten aanzien van het voorhanden hebben van de bitcoins ter waarde van € 1.500,- in de wallet van de verdachte oordeelt het hof dat deze bitcoins ook direct afkomstig zijn uit drugshandel, maar dat niet kan worden vastgesteld dat verdachte verhullende handelingen heeft verricht ten aanzien van de herkomst ervan. Het hof ontslaat verdachte daarom ten aanzien van dit deel van de tenlastelegging van alle rechtsvervolging.

Indien een verdachte een voorwerp voorhanden heeft dat afkomstig is uit een door hem zelf begaan misdrijf dan is een verhullende gedraging nodig om tot een bewezenverklaring van witwassen te komen. Hiermee wordt beoogd te voorkomen dat een verdachte die een bepaald misdrijf heeft begaan en het daardoor verkregen voorwerp voorhanden heeft, zich automatisch ook schuldig maakt aan witwassen. Zonder verhullende handeling kan er sprake zijn van de kwalificatieuitsluitingsgrond. Als bitcoins direct afkomstig uit eigen misdrijf worden aangetroffen in de wallet van verdachte, levert dat ‘voorhanden hebben’ op en is de kwalificatieuitsluitingsgrond van toepassing. Zie ECLI:NL:RBMNE:2017:5716, ECLI:NL:RBNHO:2017:1937 en ECLI:NL:RBDHA:2017:15274. Aangezien dat hier het geval is, is een verhullende handeling nodig om tot een bewezenverklaring van witwassen te komen. Die is volgens het hof niet aanwezig. Het verschil met  ECLI:NLHR:2020:1171 is dat verdachte het met verduistering verdiende geld in die zaak direct heeft omgezet in bitcoin en andere cryptovaluta, waarbij hij de toegang tot het geld heeft versleuteld. Dit leidt tot het optrekken van een rookgordijn en dus tot het verhullen van de criminele herkomst. In deze zaak heeft verdachte het geld niet in bitcoin omgezet, maar is hij betaald in bitcoin voor de drugs. Die bitcoins bevonden zich in zijn wallet. Daarmee heeft de verdachte bitcoin direct uit eigen misdrijf voorhanden gehad. Verdachte heeft daarbovenop volgens het hof niets gedaan om de criminele herkomst te verhullen, bijvoorbeeld door gebruik te maken van een bitcoinmixer. (Meer lezen over de bitcoinmixer kan hier.) Ook blijkt niet dat verdachte andere handelingen heeft verricht om de criminele herkomst te verhullen. Denk bijvoorbeeld aan het gebruik van een anonieme wallet, het verplaatsen van het geld naar verschillende rekeningen of het omzetten naar cash of andere cryptovaluta. Het hof concludeert dus in deze uitspraak dat er geen inherent verhullend karakter kleeft aan het gebruik van bitcoins.

Op deze pagina