Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

Eigen verantwoordelijkheid melding ongebruikelijke transacties

Hoge Raad, 25 mei 2021: ECLI:NL:HR:2021:728 en ECLI:NL:PHR:2021:495

In deze zaak ging het om een autohandelaar die werd verdacht van het feitelijk leiding geven aan het overtreden van de meldplicht door de rechtspersoon. In eerste aanleg en in hoger beroep verklaarde de verdachte dat hij wist van de meldplicht, maar dat hij geen opzet had op het overtreden van de Wwft, omdat hij er vanuit was gegaan dat zijn accountant de meldingen zou doen. De rechtbank en het hof gingen daar niet in mee, omdat niet is gebleken dat er een afspraak was met de accountant over het doen van meldingen.

In cassatie wordt geklaagd over het bewezenverklaarde opzet. De Hoge Raad laat het arrest van het hof in stand, zonder er inhoudelijk op in te gaan. De PG doet dat wel in zijn conclusie. In de vaststelling van het hof dat het bestaan van een afspraak met de accountant niet aannemelijk is geworden, ligt besloten dat de verdachte op z’n minst bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat de melding achterwege zou blijven. Daarmee is er dus sprake van (voorwaardelijk) opzet. Het hof heeft dit onder andere gebaseerd op de getuigenverklaring van de accountant dat er geen afspraak was over het doen van meldingen. Daarnaast heeft de accountant verklaard dat zij maandelijks langskwamen bij de verdachte. Hierdoor kon van een onverwijlde melding door de accountant in veel gevallen ook geen sprake zijn, terwijl dit wel is vereist op grond van artikel 16 Wwft. Het oordeel van het hof dat verdachte feitelijk leiding heeft gegeven aan het overtreden van de meldplicht is daarom niet onbegrijpelijk.

De Hoge Raad heeft in deze zaak bevestigd dat een Wwft instelling zich niet achter een accountant kan verschuilen. Dat de accountant in het verleden meldingen voor de autohandelaar heeft gedaan, ontslaat hem niet van de eigen verantwoordelijkheid voor het naleven van de meldplicht. Er moet in elk geval worden gecontroleerd of de meldingen daadwerkelijk door de accountant zijn verricht. Daarnaast moet een ongebruikelijke transactie onverwijld worden gemeld. Dit betekent in ieder geval binnen veertien dagen.

Op deze pagina