Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

Geen concrete verifieerbare verklaring

Gerechtshof Amsterdam, ECLI:NL:GHAMS:2021:3604

In deze zaak was er sprake van een verdenking van het witwassen van ruim € 100.000,-. In deze zaak waren er op de rekeningen van verdachte en zijn familie contante stortingen en uitgaven gedaan die niet uit de legale inkomsten van verdachte konden worden verklaard. Verdachte maakte veel gebruik van money-transfers, terwijl het aanmerkelijk duurder is om geld over te maken via money-transfers dan via girale transacties. Omdat er geen direct verband is met een specifiek misdrijf, wordt het stappenplan toegepast. Het witwasvermoeden is gerechtvaardigd. Daarom mag er van verdachte een concrete en verifieerbare verklaring worden verlangd die op voorhand niet hoogst onwaarschijnlijk is. De verdachte verklaarde dat hij diverse auto’s heeft verkocht waarvoor hij contant geld heeft ontvangen. Verder verklaarde hij een erfenis van zijn vader te hebben ontvangen. Over de money-transfers verklaarde hij dat geld dat niet van hem was stortte op rekeningen van penitentiaire inrichtingen namens buitenlandse familieleden van gedetineerden omdat die dat zelf niet konden doen. De verklaring over één van de verkochte auto’s is volgens het hof concreet en verifieerbaar, op basis van een overgelegd schriftelijk bescheid. De verklaringen over de herkomst van het geld uit de andere auto’s, de money-transfers en de erfenis is volgens het hof niet concreet en verifieerbaar. Er is geen enkel schriftelijk stuk overgelegd om die verklaring te onderbouwen en de getuigenverklaring van de ex van verdachte hierover is weinig gedetailleerd en bovendien niet onafhankelijk. Daar komt bij dat de verdachte wisselend heeft verklaard over de hoogte van de erfenis en dat die verklaring niet overeenkwam met de verklaring van de getuige. Vanwege het ontbreken van een concrete en verifieerbare verklaring wordt verdachte veroordeeld voor witwassen.

Een belangrijk verschil tussen deze zaak en deze zaak is de hoogte van het tenlastegelegde bedrag en het feit dat de verdachte zijn verklaring in deze zaak heeft onderbouwd met allerlei schriftelijke bescheiden, terwijl de verdachte dit hier grotendeels heeft nagelaten. Het belang daarvan komt in deze twee zaken duidelijk naar voren.

Op deze pagina